De dijkdoorbraak van 1926

 

Een video is op internet te vinden bij:

https://youtu.be/Y87wK8bWD_0

De watersnoodellende is goed beschreven door een verslag gemaakt door A.M.Vermeulen in 1976. Hij sprak toen met de laatste machinist J.Th. Nijtmans van het Wamelsche gemaal over zijn belevenissen tijdens de overstroming.

De familie Nijtmans van het Wamelsch stoomgemaal

 

De Telegraaf  19 januari 1926

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het Sociaal-Democratisch dagblad schrijft op 06-02-1926

 

 

 

 

 

 

 

LEEUWARDER NIEUWSBLAD 27 01 1926   

Het herstel der dijken

Een medewerker van het Persbureau Vaz Dias heeft een onderhoud gehad met den Dijkgraaf van Maas en Waal, den heer J. G. de Leeuw, die hem interessante mededeelingen heeft gedaan over het herstellingswerk aan de dijken van het Rijk van Nijmegen en het Land van Maas en Waal.

Wat ’t herstel betreft werd het volgende meegedeeld:

Reeds een paar weken geleden is een aanvang gemaakt met het leggen van een ringdijk om de doorbraak bij Nederasselt, het gat, dat de overstrooming van het Rijk van Nijmegen en het Land van Maas en Waal heeft veroorzaakt. Deze ringdijk is gereed en men is thans bezig nog een tweeden hulpdijk tusschen dezen ringdijk en het gat in den rivierdijk te leggen om meer weerstand te kunnen bieden, wanneer onverhoopt weer was mocht intreden. Intusschen wordt ook gewerkt aan het gat in den Maasdijk zelf om ook dit zoo spoedig mogelijk te dichten.

De scheiding tusschen het Rijk van Nijmegen en het Land van Maas en Waal wordt gevormd door den Ruffelsdijk. Vrijdag is men gereed gekomen met het dichten van de vijf gaten van 20 tot 50 M. lengte, die in den dijk zijn geslagen. Er moest op dezen dijk een nieuwe noodkeering worden aangebracht, want de weg is geheel vernield en zal opnieuw moeten worden aangelegd.

Door het voorloopig herstel van den Ruffelsdijk, waardoor een opstuwing van het water tegen de keering is ontstaan, is de Niftriksche sluis gaan loozen. Ook de sluizen bij de Nieuwe Wetering en de Rijksche Wetering loozen weer.

Het stoomgemaal bij de Nieuwe Wetering (Appeltern) heeft proefgedraaid en is gisteren in volle werking gesteld. Dit stoomgemaal kan bij de tegenwoordige hoogte van het water 500 kub. M. water per minuut wegwerken. Daardoor zullen de Zuidelijke polders van boven- Maas en Waal spoedig, zeer waarschijnlijk binnen vier of vijf dagen, watervrij zijn.

Wanneer de Nieuwe Wal van de Blauwe Wetering bij de Puiflijksche brug boven water komt, zal ook het stoomgemaal aan de Blauwe Sluis, dat op de Blauwe Wetering loost, in werking worden gesteld. Intusschen worden de stoomgemalen in gereedheid gebracht om het Land van Maas en Waal zoo spoedig mogelijk droog te malen. Intusschen zijn de sluizen te Alphen en Dreumel reeds schoongeruimd en kan langs dezen weg water op de rivier geloosd worden. Wanneer over drie weken het dichtingswérk aan den dijk tusschen Alphen en Dreumel ongeveer gereed zal zijn, dan kan, onvoorziene omstandigheden voorbehouden, het Land van Maas en Waal in ongeveer veertien dagen verder worden drocggemalen, zoodat dit overstroomde gedeelte van ons land over omstreeks vijf weken weer van het water bevrijd kan zijn.

 

De Telegraaf schijft op 27 Januari 1926

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bron: Leeuwarder Nieuwsblad, 27 10 1926

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een foto van het Rijksch gemaal vlak na de watersnood.

 

 

Veel voorkomende namen in de verhalen van 1926

Door het voorlopig herstel van de Ruffelsdijk, waardoor een opstuwing van het water tegen de keering is ontstaan, is de Nifriksche sluis gaan loozen. Ook de sluizen bij de Nieuwe wetering  en de Rijksche wetering lozen weer.

De puntduren staan dan dus open want het Maaswater staat lager.

Ruffelseweg

Een van de zijkades ligt vanaf het gehucht Lienden naar Leur. Het huidige tracé bestaat uit de wegen Ruffelseweg – De Bankhoeve – Ruffelsdijk. Bij de aanleg van de A50 is het deel ter hoogte van knooppunt Bankhoef verdwenen.

De Ruffelsdijk  (kade Ruffelseweg) liep van de Maasdijk naar

Een zijkade of dwarsdijk ligt niet langs een rivier maar min of meer loodrecht erop. Zie kaartje hier met de Maasbandijk boven  en heironder.

 

 

 

 

 

 

 

De zijkades sloten aan op de rivierduinen (van Heumen tot Horssen). Het water stroomde als een soort ‘overlaat’ achter de bekade gebieden door, om tussen de kleine dorpspolders door weer naar de rivier te stromen (zie afbeelding). Ze beschermden het gebied stroomafwaarts van de kade waardoor de kans op wateroverlast afnam. Voor het bovenstrooms gelegen gebied werden de problemen vaak juist groter omdat het water minder ruimte had om weg te stromen. Na het sluiten van de ringdijk langs Maas en Waal kwamen veel kaden (deels) binnendijks te liggen.

Ook de Teersdijk is een naam die veel voorkomt.

 

 

Heel veel informatie over de overstromingen in dit gebied is te vinden op de website van Historisch Alphen aan de Maas.

Mijn website gaat meer over de stoomgemalen in dit gebied en hun machinisten en stokers.

http://www.alphenaandemaas.com/WHAM/Watersnood.html